2 tot 4 personen
bereidingstijd: +/- 1 uur
Ingrediënten
1 kip van +/- 1 kg
50 g boter
peper en zout
1/2 citroen
klein bosje tijm
Extra nodig
2 ijselementen of 2 plastic zakjes met ijsblokjes
keukentouw
Bepaalde delen van een kip moeten langer garen (poten) dan anderen (borst). Door bepaalde stukken af te koelen worden deze tijdens de bereiding minder warm en blijven ze lekker mals.
1. Bind de ijselementen met touw vast op de borst van de kip maar zorg dat het ijs de poten niet raken (stop bijvoorbeeld een prop papier tussen de poten en de elementen). Laat zo de kip een uurtje liggen. Verwarm de oven op 200 °C.
2. Verwijder het ijs en het papier. De borst ligt nu net boven het vriespunt, de poten rond kamertemperatuur. Smeer de kip in met boter en doe er het peper en zout op. Steek in de buikholte de halve citroen en het bosje tijm en bind de poten met touw vast aan het lijf.
3. Zorg ervoor dat de poten zeer veel hitte kunnen opnemen en de borst weinig. Dit doe je door de kip op zijn rug op een bakplaat (geen rooster) zodat je op de borst kijkt. De bakplaat verspreidt de warmte efficient naar de poten. Heb je een heteluchtoven, plaats dan de kip in het midden van de oven met zijn poten voor de ventilator. Als je een heteluchtoven hebt met onder- en bovenwarmte, zet de kip dan onder het midden van de oven. Zo wordt de onderkant met de boten sterker verwarmd.
4. Gaar de kip in 40 à 50 minuten . Smeer na 20 minuten nogmaals in met boter. Na garing moeten de poten boven de 95 °C izjn en de borst rond de 80°C (of meer).
dinsdag 25 maart 2008
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten